dambord

Verrekening van een vordering met een schuld

In de dagelijkse (handels)praktijk wordt er veelvuldig gebruik van gemaakt: verrekening van een vordering met een schuld. Indien beide partijen elkaars vorderingen en schulden erkennen levert dit doorgaans ook geen problemen op. Dit kan anders zijn zodra de ene partij zich op verrekening beroept, maar de andere partij de vordering van de verrekenende partij betwist. Is verrekening in dat geval mogelijk? Aan welke (wettelijke) vereisten dient te worden voldaan? Wat zijn de gevolgen van een (onterecht) beroep op verrekening? In dit artikel zal bij al deze vragen over verrekening worden stilgestaan. De advocaten van SVZ advocaten te Haarlem kunnen u adviseren over de mogelijkheden om te verrekenen en de gevolgen daarvan.

Wettelijke vereisten voor verrekening

Op grond van artikel 6: 127 BW kan verrekening slechts plaatsvinden wanneer aan de in het wetsartikel genoemde vereisten is voldaan. De in dat wetsartikel genoemde wettelijke vereisten zijn cumulatief. Indien aan één of meerdere vereisten niet is voldaan, zal het beroep op verrekening niet kunnen slagen.

1. Wederkerigheid

De partijen die bij de verrekening zijn betrokken, moeten over en weer elkaars schuldeiser en schuldenaar zijn (artikel 6:127 lid 2 BW).

Let op: De vorderingen en schulden moeten in het zelfde vermogen vallen. Enkele voorbeelden:

• De schuldenaar die bevoegd is een vordering op zijn schuldeiser te incasseren namens een derde (bijvoorbeeld uit hoofde van een openbaar pandrecht of lastgeving) is niet bevoegd deze vordering te verrekenen met zijn eigen schuld.

• Wanneer een te verrekenen vordering en schuld tot een gemeenschap behoren, kunnen deze enkel worden verrekend indien zij deel uitmaken van dezelfde gemeenschap. Zowel de vordering als de schuld moeten van de deelgenoten gezamenlijk te zijn.

• Verrekening van een vordering van een BV met een vordering op de bestuurder van die BV is niet mogelijk. Het vermogen van de BV en het privé vermogen van de bestuurder zijn immers twee afgescheiden vermogens.

Het vereiste van wederkerigheid lijkt op het eerste gezicht logisch: indien partijen niet elkaars schuldeiser en schuldenaar zijn, is verrekening niet aan de orde. Toch kan het vereiste van wederkerigheid in de praktijk tot ingewikkelde situaties leiden (zoals in de genoemde voorbeelden). De advocaten van SVZ advocaten in Haarlem hebben hierin veel ervaring en kunnen u hierin adviseren.

2. Gelijksoortigheid

De prestatie die de schuldenaar te vorderen heeft, moet beantwoorden aan zijn schuld (artikel 6:127 lid 2 BW). Dit betekent dat om een geslaagd beroep op verrekening te kunnen doen, de vordering en de schuld tevens ‘gelijksoortig’ moeten zijn. Van gelijksoortigheid is sprake wanneer de schuldenaar bevoegd is de schuld te betalen met hetzelfde betalingsmiddel als hij van zijn schuldeiser te vorderen heeft. In het overgrote gedeelte van de gevallen zal aan dit vereisten eenvoudig zijn voldaan, aangezien doorgaans betaald wordt met geld.

Let wel: van gelijksoortigheid is geen sprake wanneer de te verrekenen schuld en vordering in verschillende valuta zijn aangeduid. Van gelijksoortigheid kan in dat geval toch sprake zijn, indien de schuldenaar respectievelijk de schuldeiser bevoegd is zijn schuld te voldoen dan wel zijn vordering op te eisen in de valuta van de te verrekenen vordering (zie artikel 6:121 tot en met 6:126 BW).

3. Bevoegdheid tot betaling schuld

De schuldenaar die een beroep doet op verrekening, moet bevoegd zijn tot betaling van zijn schuld aan de schuldeiser (artikel 6:127 lid 2 BW). Dat is het geval als de schuldeiser de betaling niet kan weigeren zonder in schuldeisersverzuim te raken. Niet vereist is dat de schuld daadwerkelijk opeisbaar is.

4. Opeisbaarheid vordering

De schuldenaar die een beroep doet op verrekening, dient bevoegd te zijn tot het afdwingen van betaling van zijn eigen vordering (artikel 6:127 lid 2 BW). Met andere woorden: de vordering moet opeisbaar zijn. Hierom komt een vordering onder een opschortende voorwaarde of tijdsbepaling in beginsel niet voor verrekening in aanmerking. Dit is anders indien de overeengekomen tijdsbepaling zich niet tegen een eerdere opeising van de vordering verzet.

Artikel 6:131 BW regelt de situaties waarin verrekening is toegestaan, ondanks het feit dat niet is voldaan aan de in artikel 6:127 BW genoemde eis van afdwingbaarheid van de vordering van de partij die zich op verrekening beroept. Kort gezegd komt het erop neer dat de verjaring van de rechtsvordering niet in de weg staat aan een beroep op verrekening.

Verrekeningsverklaring: vormvrij

Indien aan bovenvermelde vereisten voor verrekening is voldaan, vindt de verrekening eerst plaats nadat door de verrekeningsbevoegde schuldenaar een zogenaamde verrekeningsverklaring is gedaan aan zijn schuldeiser. Deze verrekeningsverklaring is in beginsel vormvrij (artikel 3:37 lid 1 BW). Deze verklaring kan zowel mondeling als schriftelijk geschieden. De verrekeningsverklaring dient de wederpartij te hebben bereikt voordat deze verklaring werking verkrijgt (artikel 3:37 lid 3 BW). De advocaten van SVZ advocaten kunnen desgewenst behulpzaam zijn bij het opstellen van een verrekeningsverklaring.

Gevolgen van verrekening

De wet bepaalt dat een geslaagd beroep op verrekening tot gevolg heeft dat beide verbintenissen tot hun gemeenschappelijk beloop teniet gaan. Concreet betekent dat de wederzijdse vorderingen tegen elkaar worden weggestreept. Indien de vorderingen precies gelijk waren, betekent dit dat alle vorderingen (met gesloten beurzen) zijn betaald. Indien de ene vordering hoger was dan de andere, betekent dit dat de partij wiens vordering de vordering van de ander partij oversteeg, voor het meerdere nog een vorderingsrecht heeft.

Het gevolg van de verrekening is dat met terugwerkende kracht de schulden verrekend worden op het moment dat de verrekening mogelijk was (artikel 6:129 BW). Is er reeds rente betaald, dan werkt verrekening slechts terug tot het einde van de termijn waarover de laatste rente is voldaan.

Verweer voeren tegen verrekening door de wederpartij

Indien de wederpartij zich op verrekening beroept en u het hiermee niet eens bent, kunt u zich daartegen verweren. U kunt bijvoorbeeld verweer voeren tegen een door de wederpartij ingeroepen verrekening indien u de vordering van de wederpartij betwist, u een beroep op opschorting heeft gedaan en in dat kader uw (betalings)verplichtingen heeft opgeschort of u zelf een mogelijkheid tot verrekening inroept welke verrekening verder terugwerkt dan de door de wederpartij ingeroepen verrekening. De advocaten van SVZ advocaten kunnen u behulpzaam zijn bij het in kaart brengen en voeren van de mogelijke verweren tegen een door de wederpartij ingeroepen verrekening.

Voorwaardelijk beroep op verrekening

Verrekening heeft zoals hiervoor reeds aan de orde kwam twee functies: (I) een betalingsfunctie en (II) een zekerheidsfunctie. De betalingsfunctie is gelegen in de mogelijkheid die verrekening biedt tot een vereenvoudigde afwikkeling van de wederzijdse vorderingen en schulden. De zekerheidsfunctie is gelegen in de mogelijkheid voor een schuldeiser om door middel van verrekening betaling van zijn vordering te bewerkstelligen.

Deze twee functies brengen met zich mee dat een geslaagd beroep op verrekening, ervoor zorgt dat betaling van de vorderingen plaatsvindt. Dit rechtsgevolg dient goed voor ogen te worden gehouden. Een beroep op verrekening veronderstelt namelijk dat de vordering van de wederpartij niet wordt betwist. Het is van belang om in dit kader geen rechten/verweren prijs te geven.

In bepaalde gevallen waarin u de vordering van de wederpartij inhoudelijk betwist, kan het (in het kader van een gerechtelijke procedure) daarom de voorkeur genieten om primair de vorderingen gemotiveerd te betwisten en subsidiair een voorwaardelijk beroep op verrekening te doen. De advocaten van SVZ advocaten te Haarlem hebben op dit gebied ruime ervaring en kunnen u in dat kader adviseren. Het is van belang om gedurende het gehele traject de (proces)strategie goed voor ogen te houden.

Verrekening uitsluiten in de algemene voorwaarden

De wettelijke regeling omtrent verrekening is van aanvullend recht. Indien partijen niets anders hebben afgesproken, is dit wettelijk regime van toepassing. Partijen kunnen echter, in afwijking van de wettelijke regeling, andere voorwaarden voor verrekening afspreken. Zij kunnen ook de mogelijkheid tot verrekening uitsluiten of beperken.

In veel gehanteerde algemene voorwaarden is een verbod op verrekening opgenomen. Met een verrekeningsverbod wordt bereikt dat de facturen betaald moeten worden en dat een eventuele discussie over een beweerdelijke tegenvordering pas in een later stadium beoordeeld zal worden. De advocaten van SVZ advocaten te Haarlem kunnen u adviseren over de inhoud van uw algemene voorwaarden en de mogelijkheid tot het uitsluiten of beperken van verrekening door de wederpartij.

Anderzijds is het ook mogelijk om een verruiming van de bevoegdheden tot verrekening op te nemen in uw algemene voorwaarden. Zo is het bijvoorbeeld mogelijk om een verruiming van het voor verrekening vereiste ‘wederkerig schuldenaarschap’ op te nemen. In dat kader kan opgenomen worden dat verrekening ook mogelijk is met vorderingen van groepsmaatschappijen. Dit kan onder bepaalde omstandigheden interessant zijn.

Het opstellen van algemene voorwaarden is maatwerk. Dit geldt ook voor wat betreft de bepalingen omtrent verrekening. De advocaten van SVZ advocaten te Haarlem kunnen hierin met u meedenken en kunnen u hieromtrent adviseren.

Schadeplichtigheid bij onterechte verrekening

Zoals uit dit artikel blijkt, is verrekening een goed en effectief middel om uw vorderingen betaald te krijgen. Tegelijkertijd kan een onterechte verrekening de schuldeiser schadeplichtig maken. De partij die onterecht heeft verrekend kan worden veroordeeld tot betaling van wettelijke (handels)rente en/of buitengerechtelijke kosten.

De advocaten van SVZ advocaten te Haarlem kunnen u bijstaan en u vooraf adviseren over de mogelijkheden en risico’s met betrekking tot verrekening.